Sas ontmoeting

dood spoor

Omdat het al donker is als ik hier aankom, valt er nog niet veel te zeggen over het uiterlijk van Sas. Of het voldoet aan mijn verwachtingen of juist niet. Blijft een verrassing tot morgenochtend. Altijd weer spannend als je ergens in de avond arriveert.

Bij het busstation Terneuzen tunnel moest ik overstappen op lijn 11. Het duurt maar een paar minuten voordat er klein busje mijn kant op manoeuvreert. Gelijk met twee meisjes die druk hun afgelopen werkdag bespreken, stap ik in. Mijn Ov-kaart blijkt hier gewoon bruikbaar. Snel gaat het door het onverlichte landschap. In mosseldorp Philippine stappen de meisjes uit en blijf ik als enige passagier over. Mijn chauffeuse maakt mij erop attent dat ik in de verkeerde bus zit. Ik had eigenlijk lijn 6 moeten nemen, dat is de ‘normale’ bus. Groter ook. Deze minibus is te snel vol, dan moeten er mensen geweigerd worden. Onder de huidige omstandigheden lijkt me dat wat overdreven; we stoppen nergens en ik blijf dus de enige. Ik moet er toch op gewezen worden,

altijd niets te doensilo zichtdood spoor

vindt ze. Reizen in de provincie valt niet mee….

Ongelukkigerwijs ligt de eindhalte in een soort niemandsland, naast het goederenspoor, vlakbij de grens met België. Dat laatste is niet zo gek natuurlijk. Sas van Gent is een grensplaats. De straat uit en je stapt Vlaanderen in. Maar daar wil ik nu niet heen. Ik sla linksaf een onduidelijke en zwak verlichte nieuwbouwwijk in. Helemaal achterin moet ik zijn weet ik, dus zet ik er flink de pas in. Wanneer ik de hoek om sla bij de achterzijde van de totaal verlaten Vlaanderenhallen, wappert zelfs in het donker de Krot of Kans vlag me vrolijk tegemoet. De korte gevel van het enig overgebleven twee-onder-een-kap blokje in deze buurt bereik ik na oversteek van een onderwater geregend stuk sloopterrein. Hier woon ik dus deze laatste week van het jaar. Klinkt treuriger dan het is.

silo zicht

Sas is niet alleen een eindstation en grensplaats, het is ook een industrieterrein in verval en een handelsplek aan het water. Naar mijn voorlopig opgestelde mening moet dat van invloed zijn op het karakter van de bewoners hier. Noeste werkers, meer fabrieksarbeider dan landbouwer, meer Zeeuws Vlaming dan Zeeuw. Om nog maar te zwijgen van Nederlander. Toch ook geen Vlaming of Belg. Meer onder de indruk van hoge slanke schoorstenen of zware bakstenen silo’s dan van eindeloze geploegde akkers of naar de horizon reikende populierenrijen. Op elke beschikbare plek wordt geld verdiend, zeker langs het water. Toch zijn de straatprofielen ruim, open en laag. Nooit was er enige noodzaak om opeengepakt te wonen. Ruimte zat. En op geen enkel moment werd de economische druk zo hoog, dat de financiën tot krapte leidden. In tegendeel, wie hier goed verdiende kon en mocht dat laten zien. Rond de eeuwwisseling liet men vele fraaie optrekjes bouwen. Tegenwoordige strijdt Sas tegen de krimp en de leegstand. Morgen eens zien wat we daar mee aan kunnen vangen.

breed profiel stationstraat

 

 

 

voormalig tram station