De eerste keer dat ik voet zette in Zeeuws-Vlaanderen was op 6 augustus rond de klok van half 12 ’s ochtends, in gezelschap van Prosper de Roos en Robin Groot. Dat is een geschiedenis van exact twee dagen geleden.

Met het doel voor ogen de stilte in het schijnbare krimpgebied te onderzoeken fiets ik op een blits huurfietsje en in gezelschap van mijn tourguide [lees: routemap] de omgeving af. Al snel blijkt dat ik vanaf het huis aan de Hoofstraat in Terhole waar ik tijdelijk woon [je weet wel, dat huis met de super de luxe groene safety exit] niet ver hoef te fietsen om relatieve doch intense stilte te ervaren. Omringd door graanvelden laat alleen de wind zacht van zich horen, niets meer dan dat. 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik fiets zo’n 8 km naar Paal, een buurtschap grenzend aan natuurgebied ‘Het Verdronken Land van Saeftinghe’. Onderweg kom ik slechts twee auto’s tegen en één wielrenner die bij het voorbijrazen nog even de tijd neemt vriendelijk naar me te zwaaien. Daarna heb ik het rijk weer voor mij alleen. In gedachte eigen ik me de omgeving toe. Voor even heb ik hier een vlag in de grond gestoken, al hoef ik er niet voor te vechten.

Wat later kijk ik neer op een deel van Het Verdronken Land van Saeftinghe dat daar zichtbaar onzichtbaar ligt. Ik heb Ohropax oordopjes in en bemerk nu een tegengestelde werking. De geluidsdempertjes zorgen er in dit stiltegebied voor dat ik mijn lichaam van binnen hoor. Ik hoor helder en intens hoe ik in- en uitadem, afgewisseld met zuchten van medeleven voor het ten onder gegane land. Ach mensen, had toch gehoor gegeven aan de smeekbede van de zeemeermin

Na de stilte zoek ik de gezelligheid op bij het huiskamercafeetje ‘Het verdronken Land’ in Emmadorp. Ik raak aan de praat met Boudewijn, een vriendelijke ober. Na uitleg over wat ik hier doe vertelt hij dat de hier heersende vreedzaamheid een trekpleister is voor veel toeristen, maar dat ook de gastvrije, ontspannen mentaliteit ervoor zorgt dat men hier steeds weer terugkomt.

Boudewijn brengt me een biertje, maar wil er geen geld voor. ‘Nee nee, dat hoeft echt niet, hè!’ Met een opstaande duim mijn richting op wenst hij me nog veel succes.

Weer valt het me op hoe aangenaam het sociale contact hier is. Is het de sereniteit die ervoor zorgt dat mensen hier zo gemoedelijk en vrij van gejaagdheid zijn?

Deze ervaring versterkt mijn intentie om een diner te organiseren waarbij waardevolle stukjes identiteit van Oost Zeeuws-Vlaanderen samengevoegd worden. Stilte en gastvrijheid. Ik zal mijn eigen gastvrijheid inzetten en uitgebreid koken voor de bewoners in de omgeving.

 

Eén voorwaarde: Er mag niet gesproken worden tijdens het diner.

 

Hind Souri