Ik realiseer me dat ik dit blog nogal plompverloren ben komen binnen vallen, vandaar nu eerst een korte tekst ter introductie:
Gerco de Ruijter (1961) experimenteert op bijzondere wijze met het oog van de camera. Hij fotografeert landschappen door zijn camera aan een vlieger of een hengel te hangen.
De intensiteit van de beelden lijkt in tegenspraak met de eenvoud van de wijze waarop ze tot stand komen. De afwezigheid van de horizon waarop wij normaal onze blik oriënteren, leidt tot een wonderlijke en raadselachtige abstractie van het landschap. Dit maakt de Ruijter’s fotowerken eerder verwant aan schilderkunst dan aan documentaire fotografie. De toeschouwer raakt betrokken bij de Ruijter’s verwondering over de schoonheid van datgene dat voor het menselijk oog haast onzichtbaar – zelfs onbereikbaar – is, maar dat zichtbaar gemaakt wordt met behulp van het mechanische oog van de camera.
Werk en teksten zijn te vinden op mijn website: Gerco de Ruijter
Er ligt een dijk van tenminste 5 meter hoogte rondom het Grevelingenmeer. Sinds de afsluiting wordt het waterpeil er op 20cm. boven NAP gehouden. Deze dijken staan dus al meer dan 40 jaar “droog”. Het talud bestaat uit een fraaie zandsteen maar die raakt langzaam overwoekerd.
Bij de haven van Bommenede liggen Haringmanblokken, betonnen tegels met een verdiept profiel wat er voor moet zorgen een oprollende golf te breken. Ze zijn indertijd blijkbaar goed gelegd want er komt zelfs nu nog maar spaarzaam begroeiing tussen de tegels.
Eigenlijk zou je op een paar plaatsen die dijk moeten doorzagen, 30 meter er tussenuit. Hoe fraai zou het zijn als je vanuit de polder, met de dijk als visueel kader, direct naar de Grevelingen kan kijken?
In Bruinisse vond ik dit dijktalud, een natuursteen in reliëf, met een bijna lichtgevende korstmos-begroeiing.